BENT VISCAAL

interview

In juli 2023 sprak ik Bent Viscaal, een van de topcoureurs uit ons land. Hij nam na een carrière in Formule 4, Formule 3 en Formule 2 niet de route richting de Formule 1, maar koos noodgedwongen voor een ander pad. Endurance racing was in de eerste instantie niet zijn grote wens, maar bleek toch een fantastische stap voor zijn loopbaan. Het is tekenend voor de nuchterheid van Bent, die aangeeft dat je kan plannen wat je wil, maar vooral flexibel moet zijn omdat een loopbaan in de autosport altijd anders loopt dan je denkt. Bijt je je vast, dan organiseer je je eigen teleurstelling. Ben je flexibel? Dan kan een onverwachte route misschien wel het allermooiste zijn voor je ontwikkeling. En voor je resultaten. Lees hier mijn mooie gesprek met Bent.

INTRODUCTIE

Bent, jij was er vroeger bij dan ik met karten! Volgens mij racete je opa en je vader. Wanneer kreeg jij het race virus te pakken?
Inderdaad, mijn opa heeft vroeger een motor race team gehad, dus was ook op twee wielen actief. Dat virus heeft hij doorgegeven aan mijn vader, die heeft zelf superkart gedaan, ook internationaal. Ik was 5 jaar toen ik mijn eerste kart kreeg: het zaadje was geplant! Ik ben begonnen in Oldenzaal op een klein baantje voor 4-Takt, perfect om het te leren. Toen ben ik naar Emmen gedaan en heb ik regionale kampioenschappen gereden. Mijn eerste NK deed ik toen ik 10 was en een jaar later werd ik Nederlands kampioen. Toen ging ik naar de junioren, maar omdat ik erg klein was – trouwens dat ben ik nu nog steeds! – was dat heel nadelig (ik moest heel veel lood meenemen). De eerste twee jaar was dan ook geen succesvolle periode. Maar toen mijn lengte en gewicht wat toenamen ging het beter. Ik werd Duits kampioen en later ben ik ook hoog geëindigd in het Europees kampioenschap. Toen ben ik op de route gekomen van de autosport.
Op je website staat de quote ‘Don’t stop believing’. Waar geloof jij in, welk doel streef je na in de autosport?
Ik vond het wel een mooie quote en houd wel van dat nummer van Journey! Je komt veel tegenslag tegen in de autosport; er komt zoveel kijken bij een autosport carrière, het is cruciaal om er zelf in te blijven geloven. Altijd vol gas te blijven gaan. Ik kijk naar mijn carrière in een breed spectrum. Ik rijd nu lange afstandsraces. Dat biedt ook een goed toekomstperspectief. Het is mijn doel om daar te blijven rijden: ik heb het erg naar mijn zin en het gaat hartstikke goed.

Foto: Bent Viscaal PR

Foto: Bent Viscaal PR

KARTING

Nog even terug naar het karten: kart je überhaupt zelf nog wel eens? En wat heb je er geleerd, wat was je specialiteit, en wat pas je misschien nu nog steeds toe in de autosport?
Karten doe ik zeker nog! Vooral in de winter. Ik heb zelf nog een eigen kart en ik ga regelmatig naar Emmen. Dan heb ik nog altijd veel plezier. 95% van de hele basis die ik heb geleerd komt uit de karting. Het enige dat er bij autosport nog bij komt is de afstelling van de auto en de aerodynamica. Maar karten is de meest pure vorm van autosport. Daar leer je de kneepjes van het vak, de basis leg je daar. Ik was altijd heel constant: daar heb ik ook veel profijt van in het lange afstandsracen nu. Om constant te rijden moet je echt alles onder controle hebben. Je moet altijd op 99,9% rijden, nooit op 100,1% – dat is heel belangrijk. Als je dat op jonge leeftijd leert in de karting, dan neem je dat mee voor de rest van je carrière. Je moet het ook allemaal een beetje op z’n beloop laten: vrij rijden noem ik dat. Heb vooral plezier. Je moet het niet forceren en juist een beetje loslaten: op het moment dat je het heel erg hard probeert, dan ga je juist langzamer. 

Foto: Bent Viscaal PR

Foto: Bent Viscaal PR

ENDURANCE RACEN

Waarom heb jij na de Formule 4, 3 en 2 de switch naar endurance racen gemaakt?
Ik was al van plan niet langer door te gaan met Formule 2, om verschillende redenen. Ik kwam pas vrij last minute bij de endurance wereld. Ik ben wel heel blij en dankbaar dat die kans er is geweest en dat ik die ook heb gepakt. Ik ben heel gelukkig in de lange afstandsracerij, door de manier hoe je omgaat met je team, dat bevalt me erg goed. Je teamgenoot is normaal gesproken een tegenstander die je moet verslaan, maar bij endurance racen moet je samen resultaten zien te halen. Het is soms wel frustrerend dat er fouten worden gemaakt waar jij niks aan kan doen, maar het kan natuurlijk ook de goede kant op gaan. Dat is ook wel een beetje de charme ervan. In de Formule 2 zit je al te zeiken als iemand die aan de kant gaat je alsnog een beetje ophoudt, maar bij endurance heb je veel klasses tegelijk op de baan en ben je al blij als je op 3 van de 10 bochten niet wordt opgehouden in de kwalificatie! Het is een leuke uitdaging. Mijn kwaliteit komt wel naar boven met het constante rijden. Geluk bij een ongeluk dat het in 2022 niet helemaal werkte in de Formule 2. Dat heeft me in ieder geval op een goed pad gebracht voor mijn carrière.
Heb je binnen de endurance een beeld wat je precies wilt doen of bereiken, zoals rijden in de hypercars?
Ik wil naar het hoogst mogelijke niveau, maar het is wel lastig zeggen waar het precies naartoe gaat met de endurance. Ik wil altijd het beste uit mezelf halen. Wat dat dan is? Op het moment is dat de hypercars, dus dat is nu het doel. Je moet ook wel flexibel zijn. Het is hetzelfde als dat je je strategie bepaalt voor de race, door er een uur over te praten. Maar dan komt er opeens een safety-car en moet je opeens weer reageren. Dat gaat ook op voor je carrière planning.

"Je moet het allemaal eigenlijk een beetje op z’n beloop laten: vrij rijden noem ik het"

VERDUURZAMING VAN DE AUTOSPORT

Verduurzaming wordt inmiddels een thema in de autosport, juist ook in de endurance racerij. Denk aan rijden op waterstof, elektrisch, of met klimaatneutrale efuels. Wat vind jij van deze ontwikkeling?
Wij rijden sinds vorig jaar op efuels, dus wat dat betreft zijn we wel vooruitstrevend. Ik vind het heel belangrijk. Ik denk wel dat de wereld meer oplossingen nodig heeft dan alleen elektrificatie. Voor sommige markten en sommige mensen is de elektrische auto geen oplossing. De autosport is altijd het platform geweest om de ontwikkeling van nieuwe technieken door te voeren. Als je nu kijkt waar wij mee bezig zijn met die efuels, dus klimaatneutrale brandstof, en elke race wordt het verder ontwikkeld. Het is nog niet zo goed als de olie-variant, het heeft nog niet hetzelfde niveau. Je merkt dat aan het vermogen, het benzine-verbruik, de constantheid van de motor, dat soort zaken. Ik merk wel dat er veel vooruitgang wordt geboekt. En ik zit eerste rang want ik rijd er al mee. Het is ook goed dat in de autosport verschillende dingen worden geprobeerd: niet alleen inzetten op elektrificatie maar ook naar andere alternatieven kijken. De autosport is het ideale platform om dingen uit te testen op het hoogste niveau en met de zwaarste last.
Hoeveel heb je als coureur bij deze ontwikkeling te maken, geef je bijvoorbeeld ook feedback of andere input?
Ik word inderdaad door brandstofleveranciers gevraagd om mijn feedback, waarmee de brandstof weer verder wordt ontwikkeld. De autosport is weer creatief, zo is het altijd al geweest. Er zijn verschillende oplossingen nodig voor verschillende markten. Ik vind realistische doelen ook belangrijk. We kunnen wel alles in 1 keer en zo snel mogelijk of overhaast doen, maar het moet wel enigszins realistisch zijn als doel. Ik ben er van overtuigd dat er een vrijwillige goede oplossing moet worden gezocht voor iedereen. De ene elektrisch, de ander wat anders. Ik geloof niet in het dwang-principe, want daarmee stook je alleen maar meer onrust. Dwang vind ik nooit een goed middel om mensen op een ander idee te krijgen.

Foto: Bent Viscaal PR

Foto: Bent Viscaal PR